Na onze 10-daagse jungletrip is het weer even aanpassen om terug te zijn in de stad. Weer die tutterende auto's, blaffende honden, muziek, mannen die fluiten en de airco in de kamer.
Wij willen graag terug!
En de reden hiervoor is... Dit ontdek je als je ons verslag leest!
Vrijdag 29 maart
Gisteren uren bezig geweest met onze voorbereiding van de trip; kuisen, zak maken, wassen, .... .Wat staken we allemaal in onze zak?
1 warme outfit
3 shorten en topjes
stapschoenen en sokken
tevas
hangmat en clamboe (muggennet)
slaapzak
survavelkit ( zakmes, aansteker, veiligheidsspeld, naald, draad, zaklamp)
tandborstel en tandpasta
Malarone
één blok zeep waarmee we ons lijf, haar en kleren gaan wassen.
zonnemelk
zonnehoed of iets om op je hoofd te zetten
Na een woelige nacht vol dromen over wat zou kunnen komen, stonden we om 5 uur op. We waren nog heel moe maar hadden er veel zin in.
Om 5u45 werden we opgehaald door de taxi, nog even een tussenstop aan de princessenstraat (waar we Laure en Sabrina ophaalden) om daarna door te rijden naar de afgesproken plaats.
Aangekomen op de vertrekplaats werden we enthousiast begroet door Rik. Een Nederlander die meeging op trip. Wij waren dus de 2de die aankwamen op de afgesproken plaats.
We propten ons en onze bagage in één van de 2 busjes samen met de 26 andere mensen en vertrokken richting Apiapaati.
Nog even een korte, maar noodzakelijke tussenstop aan Fred's huis (Fred is de organisator van de tour) voor eten op te halen, de 2de stop was een sanitaire stop en de 3de stop (na 3 uur rijden) was aan de plaats waar we met de boot onze reis zouden verder zetten.
Onze groep was groot, 30 studenten en dan nog eens 10 begeleiders. Van die 30 studenten waren er buiten ons maar 5 Belgen. Wij waren dus in de minderheid tussen de Nederlanders :(
De boottrip was lang en hard, dat is nog zacht uitgedrukt. Maar oooooooh zoooooo mooi:
kilometers en kilometers aan groene muren van bomen, lianen, met hier en daar kleurrijke vogels en mensen (marrondorpjes).
Na een reis van 7 uur eindelijk aangekomen op het eiland Apiapaati. (het eiland van Apia, de opa van Fred)
Het eiland was niet zo groot (je kon er in 10 minuten rond zwemmen), maar wel heel gezellig. Er stonden verschillende kleine houten huisjes met een dak van palmbladeren. Een viertal huisjes waren bewoond. Hier woonden één van de vrouwen van Fred's papa en haar gezin (2 dochters, 4 zonen). De huisjes hadden de grote van één kleine kamer van bij ons. Je had een huisje om te eten, te koken, en te slapen. Voor ons waren er ook enkele huisjes gereserveerd om te slapen. Daarnaast was er nog één overdekte ruimte om te koken en te eten. Dat werd ook onze slaapplaats aangezien er te weinig plaats was in de huisjes.
Na een korte verkenning van het eiland, kleedden we ons om in de wc's en namen we onze eerste duik in het Surinaamse rivierwater!
Dit was een ervaring om nooit te vergeten en één die we de komende dagen zeker nog vaak zouden overdoen.
Als avondeten kregen we kip met rijst ( wat anders? :) ) Hierna konden we voor de eerste keer proeven van de Surinaamse-Afrikaanse dansstijl. Vlinderen met benen, schudden met de heupen en vooral veel door de knieën gaan.
Na een vermoeiende dag en dansavond wouden we graag gaan slapen, maar we moesten wachten tot iedereen hetzelfde van plan was. Het dansfeest ging immers nog door in onze slaapkamer.
Na lang wachten eindelijk in slaap kunnen vallen in een goed liggende hangmat met vele geluiden van dieren en water op de achtergrond.
Het was een zalige nacht!
Zaterdag 30 maart
We werden vroeg gewekt door de opkomende zon en het lawaai in de keuken. We sprongen vanuit onze hangmat recht de rivier in voor te baden. HEERLIJK! Dit is eens wat anders dan de hele tijd de kijken op de badkamer tegels.
Na een goed stevig ontbijt maakten we ons klaar om te vertrekken richting Bende Kondre. Bende Kondre is een marron-dorpje gelegen op 15 minuten varen van Apiapaati.
Na een kleine dorpswandeling maken we de tocht richting de Ananasberg, dit is een jungletocht van ongeveer 2 uren, waarna de Ananasberg beklommen kan worden.
Op weg naar de Ananasberg kwamen we de mama van Fred tegen. Ze was op haar akker pinda's aan het oogsten. Vele handen maken licht werk, dus hebben we haar allemaal wat meegeholpen. We kregen nog wat suikerriet en andere vruchten te proeven.
Nu waren we klaar voor de top van de Ananasberg te bereiken. Op de berg zouden we opzoek gaan naar verse ananas, maar doordat deze berg een toeristische plek is, was alle ananas al weg. We aten dus koekjes en dronken warm water in de blakende zon waarna we weer naar het dorp trokken. De jungle was mooi, warm en dichtbegroeid waardoor je de mensen voor en achter je gemakkelijk uit het oog en oor kon verliezen. Het leek dat we een half uur met ons 4 hebben gewandeld door de jungle. We hoorden niemand voor en achter ons. Toen we uiteindelijk iedereen terug vonden, ontdekten we dat de jungle heel wat te bieden heeft, geneeskrachtige planten, heerlijke vruchten en zelf een communicatiemiddel (telefoonboom). De telefoonboom is een boom die geen rond stam heeft, maar eerder klankwortels tot helemaal boven. Je slaagt er tegen met je manchette waardoor er een hol geluid weerklinkt doorheen de jungle. Dit is één van de reden waarom iedereen die de jungle ingaat een manchette bij zich heeft.
Na de tocht hebben we onze junglekleding omgeruild voor onze zwemkleding en zwommen we de rivier over naar de Tapawatraval. De andere mensen vaarden met de boot tot de waterval. We zwommen en genoten van een natuurlijke massage van de waterval.
Op weg naar de Ananasberg kwamen we de mama van Fred tegen. Ze was op haar akker pinda's aan het oogsten. Vele handen maken licht werk, dus hebben we haar allemaal wat meegeholpen. We kregen nog wat suikerriet en andere vruchten te proeven.
Nu waren we klaar voor de top van de Ananasberg te bereiken. Op de berg zouden we opzoek gaan naar verse ananas, maar doordat deze berg een toeristische plek is, was alle ananas al weg. We aten dus koekjes en dronken warm water in de blakende zon waarna we weer naar het dorp trokken. De jungle was mooi, warm en dichtbegroeid waardoor je de mensen voor en achter je gemakkelijk uit het oog en oor kon verliezen. Het leek dat we een half uur met ons 4 hebben gewandeld door de jungle. We hoorden niemand voor en achter ons. Toen we uiteindelijk iedereen terug vonden, ontdekten we dat de jungle heel wat te bieden heeft, geneeskrachtige planten, heerlijke vruchten en zelf een communicatiemiddel (telefoonboom). De telefoonboom is een boom die geen rond stam heeft, maar eerder klankwortels tot helemaal boven. Je slaagt er tegen met je manchette waardoor er een hol geluid weerklinkt doorheen de jungle. Dit is één van de reden waarom iedereen die de jungle ingaat een manchette bij zich heeft.
Na de tocht hebben we onze junglekleding omgeruild voor onze zwemkleding en zwommen we de rivier over naar de Tapawatraval. De andere mensen vaarden met de boot tot de waterval. We zwommen en genoten van een natuurlijke massage van de waterval.
Na heerlijke genoten te hebben keerden we terug naar Apiapaati om nog even te zwemmen en lekker te eten. Wij waren doodmoe na deze vermoeiende dag en zijn allemaal afzonderlijk in slaap gevallen in een hangmat die we tegenkwamen. Slaapdronken bonden we midden in de nacht onze eigen hangmat in de slaapruimte om rustig verder te slapen.
Zondag 31 maart
Na het gezamenlijke ontbijt maken we ons weer op voor vertrek. Ditmaal liepen we via de dorpen Gran Slee, Akwou Kondre en Bofo Koele wederom richting de Tapawatra waterval. Hier stapte Hanne samen met de sterke mannen vol goede moed het water in om de boot over de stroomversnelling heen te trekken.Ze ging wel eventjes kopje onder en had een blauwe bil, maar ze leefde nog :-) Nadien stapten we op de boot om vervolgens stroomopwaarts de Gran Rio op te varen richting de grootste waterval van het bovensuriname gebied, de Gran Dan val.
Hier was het gewoon genieten geblazen en lekker zwemmen. We konden ook in de stroomversnelling springen. We waren wat afwachtend want het leek echt gevaarlijk. De begeleider testte het eerst even uit, en kwam pas na een paar minuten boven water. Wij zaten daar dus allemaal met grote schrik. Pas nadat bijna iedereen wat verder sprongen en heelhuids na 2 seconden boven kwam, waagde Hanne als eerst de sprong. Ze vond het geweldig! Ze overtuigde me en dus sprong ik met haar mee! We sprongen wel 3 keer na mekaar! Er waren natuurlijk wel wat veiligheidsregels aangebonden; veiligheidsvest aandoen, ver genoeg in de stroming springen, knieën optrekken, laten meevoeren met de stromingen en tot slot op tijd naar de kant gaan. Dit laatste is mij niet goed gelukt. Ik werd meegenomen door de stroming. Maar gelukkige spoelde ik enkele meters verder aan als een zeemeermin.
Nadien keerden we terug naar Apiapaati om wat ontspannen voor de activiteit van 's avonds. We genoten van het wiegen in de hangmatten, het lachen met de begeleiders, de babbels met de groep en uiteraard ook het eten.
'S avonds was er in het dorpje verder op een begrafenisfeest dat al 2 weken aan de gang was. Deze avond was de laatste dag dat feest was, alle mensen die hem kende kwamen hem een laatste groet brengen en zijn familie eer betuigen door te dansen en zingen voor en rond de kist.
In het begin was het heel traditioneel. Mannen en vrouwen stonden tegenover elkaar met in het midden een grote kring. Mannen zongen iets, vrouwen reageerden erop. Ze daagden elkaar uit. Er werd gedanst, gezongen, gedronken en gegeten. Met het dansen en zingen eerden ze eigenlijk de overgebleven familieleden. Ook Fred waagde zich in het midden van de kring en danste de pannen van het dak (als die er waren).
Er waren veel symbolen aanwezig. De kist leek op een groot driehoekig hondenhok. De overledenen kreeg alles mee wat hij nodig had om in het leven na de dood te leven; pani's (doeken), eten (rijst en casave), potten en pannen, patronen om te jagen, ... . Er hing ook een heel lang doek van boven in de mast tot beneden op de grond als middel om in contact te treden met de voorouders.
Er was ook een speciale hut gebouwd vol hangmatten, dit was voor de mensen die wilden blijven slapen in het dorp (na het feesten).
Een dag voordien was er nog iemand in hetzelfde dorp overleden, daar zaten ze nog in het beginstadium van het feest. De kist moest nog gebouwd worden.
Er werd gedanst op Afrikaanse muziek gedraaid door een deejee.
Hanne gaf helemaal op de dansvloer terwijl wij (Laure, Sabrina en ik) rustig terug naar Apiapaati vertrokken.
Op Apiapaati hebben we rustig aan het water gezetten, wat gebabbeld met de andere studenten tot Hanne terug was van het dansen.
Laat op de avond kwam het feest helemaal op gang en begon iedereen mee te dansen. De dansstijl hier was niet zo als die in België. De beweging zit hem vooral in de heupen. Daar wordt op alle mogelijke manieren mee bewogen. En als een jongen en meisje samen dansen, gaat het op de deze manier:
De jongen gaat voor of achter het meisje staan (dit kan ook met 2 jongens). Er wordt samen met de heupen bewogen.
De marronvrouwen vonden dat Hanne het heel goed deed en ze kreeg een pani. Dat was een hele eer want dat wou zeggen dat Hanne één van hen was. Hanne was er helemaal ondersteboven van! (Heb ik mogen aanhoren :-) ).
Eenmaal Hanne terug op Apiapaati aankwam, was het rond 3u. We hadden nog zin om kaaimannen te spotten. We vertrokken met 2 marronmannen met de boot richting kaaimannen.
Kaaimannen lijken op kleine krokodillen.
Jammer genoeg zagen we er die nacht geen.
Terug op het eiland kregen we een klein hongertje ( We werden door de begeleiders 'de bodemloze buikjes' genoemd, aangezien we wel altijd konden eten.). Gelukkig waren we niet alleen, maar hadden ook enkele begeleiders honger. Na een hele bak nasi op gegeten te hebben, zakten we af naar de slaapruimte om met volle buikjes in slaap te vallen.
Even ter informatie: mensen die veel eten in Suriname worden aanzien als gezellige, spontane, gezonde mensen. Surinamers houden ook heel veel van eten en appreciëren het wanneer hun eten wordt opgegeten.
Maandag 1 april
Deze dag stond in het teken van de terugreis naar Paramaribo voor de andere studenten, niet voor ons! Dit was nog maar deel 1 van ons jungle-avontuur. We vertrokken vroeg vanaf Apiapaati per boot terug naar Atjoni, waar de bus ons opwachtte. We stopten onderweg nog even en bezochten de stuwdam met uitzicht over het Brokoponomeer.
Nadien reden we door richting Zanderij waar we werden afgezet en kennis maakten met Dion, onze gids voor de komende week.
Dion is een man met merendeels Indiaanse bloed in zijn lijf heeft en voor de rest een mix van alles is. Hij houdt van gezelligheid, liever doen dan denken en zoals elke Surinamer houdt hij van de vrouwen.
Hij wist ALLES over de founa en flora en komen elk dierengeluid nabootsen. Zo lokte hij vele dieren en konden wij vele dieren van dichtbij bewonderen.
Na een korte ontmoeting ging Dion inkopen doen, terwijl we lekker frietjes met kip kregen om op krachten te komen voor het avontuur. Dion kreeg nog een nieuwe cd voor in de auto. We kropen met z'n 5 het busje in en vertrokken midden in de nacht holderdebolder de hobbelige bauxietweg op. Terwijl de tonen van een reggealiedje door de boxen weerklonken stak Dion stak een jointje op. ( 'Jullie moeten niet bang zijn wabliefjes, ik kan heel goed rijden met een beetje wiet in mijn systeem, zelfs beter', zei Dion om ons gerust te stellen)
We keken elkaar even lachten aan en wisten dat het avontuur nu echt begonnen was.
We maakten een tussenstop om naar de prachtige sterrenhemel te kijken en onze blaas te ledigen. Dit gebeurde zomaar in het midden van de weg achter de auto. Er rijden namelijk niet veel (om niet te zeggen niemand) 's avonds op de bauxietweg.
Na 4 uur rijden kwamen we midden in de nacht aan in een marrondorpje. We gingen onze hangmatten zomaar ergens onder een afdak en gingen slapen. We lagen rustig te slapen tot dat Sabrina begon te gillen ' HELP, NEEEN, HELP, LAURE,....'. Ik riep op Dion omdat ik helemaal niet zag wat er gebeurde aangezien het pikdonker was en ik niet snel genoeg uit mijn hangmat geraakte. Blijkbaar had Sabrina een nachtmerrie over dat de grond naar beneden zakte en wij er niet meer waren. We vonden Sabrina op de grond onder haar hangmat. Op het moment zelf hadden we allemaal een beetje schrik, maar na 5 minuten lagen we allemaal met de slappe lach in onze hangmat. Van een goeie start gesproken!
Sabrina durfde niet meer in haar hangmat te slapen, dus kroop ze bij mij in de hangmat en heeft ze toch nog wat kunnen slapen.
Dion is een man met merendeels Indiaanse bloed in zijn lijf heeft en voor de rest een mix van alles is. Hij houdt van gezelligheid, liever doen dan denken en zoals elke Surinamer houdt hij van de vrouwen.
Hij wist ALLES over de founa en flora en komen elk dierengeluid nabootsen. Zo lokte hij vele dieren en konden wij vele dieren van dichtbij bewonderen.
Na een korte ontmoeting ging Dion inkopen doen, terwijl we lekker frietjes met kip kregen om op krachten te komen voor het avontuur. Dion kreeg nog een nieuwe cd voor in de auto. We kropen met z'n 5 het busje in en vertrokken midden in de nacht holderdebolder de hobbelige bauxietweg op. Terwijl de tonen van een reggealiedje door de boxen weerklonken stak Dion stak een jointje op. ( 'Jullie moeten niet bang zijn wabliefjes, ik kan heel goed rijden met een beetje wiet in mijn systeem, zelfs beter', zei Dion om ons gerust te stellen)
We keken elkaar even lachten aan en wisten dat het avontuur nu echt begonnen was.
We maakten een tussenstop om naar de prachtige sterrenhemel te kijken en onze blaas te ledigen. Dit gebeurde zomaar in het midden van de weg achter de auto. Er rijden namelijk niet veel (om niet te zeggen niemand) 's avonds op de bauxietweg.
Na 4 uur rijden kwamen we midden in de nacht aan in een marrondorpje. We gingen onze hangmatten zomaar ergens onder een afdak en gingen slapen. We lagen rustig te slapen tot dat Sabrina begon te gillen ' HELP, NEEEN, HELP, LAURE,....'. Ik riep op Dion omdat ik helemaal niet zag wat er gebeurde aangezien het pikdonker was en ik niet snel genoeg uit mijn hangmat geraakte. Blijkbaar had Sabrina een nachtmerrie over dat de grond naar beneden zakte en wij er niet meer waren. We vonden Sabrina op de grond onder haar hangmat. Op het moment zelf hadden we allemaal een beetje schrik, maar na 5 minuten lagen we allemaal met de slappe lach in onze hangmat. Van een goeie start gesproken!
Sabrina durfde niet meer in haar hangmat te slapen, dus kroop ze bij mij in de hangmat en heeft ze toch nog wat kunnen slapen.
Dinsdag 2 april
Deze dag ons eerste dier gespot. Terwijl we ons rustig aan het wassen waren in de rivier zwommen er 3 rivierotters voorbij. Na wat sandwichen met veel choco, de auto in met een extra passagier erbij. We werden vergezeld door een rastaman, genaamd Awo. Awo zei niet veel, maar als we hem iets vroeg antwoordde hij rustig met een zware stem. Awo was een marronman van 41jaar met het lijf van een 20-iger en dreds tot op zijn enkels. Nu verder helemaal naar het Westen, naar het paradijs van Suriname(volgens Dion); Avana Vero. Hier komen niet veel mensen, wonen niet veel mensen, dus is de natuur ongerept en zijn de dieren geen mensen gewoon. Dit zorgt ervoor dat de dieren nieuwsgierig zijn naar ons, en ze dus komen kijken wie of wat we zijn. Ze weten niet tot wat voor vreselijke dingen mensen in staat zijn en je kan er dus heel dichtbij in de buurt van komen.
Op de splitsing van de weg naar Apoera en de weg naar Avana Vero werd er kip met rijst geleverd. Dion betaalde in natura met wiet. Even later stopten we om te eten en even een frisse duik te nemen in een kreekje. Hanne waagde een sprongetjes terwijl wij toekeken.
Aan het eind van de weg kwamen we aan bij het huis van de eigenaars van het eiland Avana Vero. Dat waren de enige mensen in de omgeving. We vaarden met een bootje naar het eiland waar we zouden overnachten.
Wat een mooi eiland! Van een Paradijs gesproken!
We kwamen aan toen de zon al onder was en aten nog een lekker sandwich met kip nuggets en hot ketchup. LEKKER!
We kwamen aan toen de zon al onder was en aten nog een lekker sandwich met kip nuggets en hot ketchup. LEKKER!
Nadien zijn we gaan dieren spotten. Tijdens het varen schenen Dion en de bootsman met een extra straffe zaklamp om dieren te vinden. Ze hadden maar enkele seconden nodig om te zien welk dier waar zat, welke soort het was en welke leeftijd. We zaten verwonderd toe te kijken vanuit het bootje. Plots zag Dion 10-tale ogen oplichten aan de oever. Hij vermoedde dat het een groep kikkers was, die samen een feestje bouwden. Maar dichterbij gekomen, kwamen we tot de verrassende ontdekking dat het babykaaimannen waren. Dion nam er ééntje en ook wij mochten het eens vastpakken.
Even later spotte Dion een Surinaamse haas met haar jong. Hij zocht een stok en gebruikte visdraad om een strop te maken. Daar zaten we dan een halfuur wachtend in spanning terwijl Dion verschillende poging ondernam om de strop rond de nek van de moeder te krijgen. Plots was strop rond de nek van mama haas en begon het beest wild te spartelen. Wij zaten in het bootje onderaan de oever, nogal op een gevaarlijke plaats want het beest kon op elke moment in de boot op ons springen. Ik lag rustig in het bootje te wachten (omdat het al zolang duurde), toen Hanne me plots naar haar toe trok, het bootje wankelde, Laure nam me vast, Sabrina nam Hanne vast. Maar ik besefte niet eens wat er gaande was. Grappig moment als we er nu aan terug denken :-).
Het was gelukt en Dion kon het bijna niet geloven. Dion had nog nooit op deze manier een haas gevangen. Spijtig genoeg was de babyhaas weggelopen, de bootsman wou deze graag tam maken en houden als huisdier. Daarom hebben ze de stok met moeder eraan vastgezet zodat ze kon dingen als lokaas voor het jong. Later die nacht heeft de bootsman de babyhaas nog kunnen vangen en de moeder gedood.
Die nacht hebben we HEERLIJK geslapen!
Woensdag 3 april
Terwijl Hanne het haar van het beest schrapten en het beest in 2 sneed, lagen wij nog rustig te ronken. Na een ontbijtje trokken we met Dion en de bootsman ' Randy' de jungle in. We slingerde aan liaan, zagen wat dieren en leerden over de werking van bepaalde planten bvb krapavrucht, je kan er olie (stinkende olie) van maken waardoor de beesten wegblijven.
Hierna zijn we gaan baden in een waterval in de buurt. Daar zagen we enkele rotstekeningen van indianen van meer dan 1000 jaar geleden.
Na het baden zijn we terug naar het eiland gegaan en stond ons potje al klaar. Het was verse haas met rijst.
Met een volle maag vertrokken door de nacht richting Apoera. Het was een lange tocht waarbij we nog enkele dieren gingen spotten. Dion had aan zijn auto een grote spot aangesloten om zo de dieren goed te zien. We zagen enkele kikkers en vogels. Jammer genoegen zagen we geen jaguar.
Toen we moe waren stopte Dion langs de kant, gooide een zeiltje open om op te slapen en maakte een kampvuur aan om knakworstjes boven te roosteren.
Donderdag 4 april
Wat een ochtend! We werden al heel vroeg wakker door de zon die op kwam en door al gezoem van de insecten. Ik durfde mijn slaapzak niet uit, terwijl Hanne al weer aan het spelen was met vuur. Ik raapte al mijn moed bij elkaar en verliet mijn slaapzak om nadien dekking te zoeken in de auto. Al die bijen, wespen, steekvliegen vind ik geen prettige beestjes om mee wakker te worden. Blijkbaar lag onze slaapplaats juist op de vliegbaan van de bijen die van hun nest naar de bloemen gingen.
Als dat nog niet genoeg was, kregen we geen sandwichen met choco als ontbijt, maar vis. Oké, ik moet eerlijk toegeven dat het nog lekker was.
Het waren de vissen die Dion en Randy de dag voordien gevangen hadden.
Eenmaal dit op en ingepakt, vertrokken we richting Apoera. Onze voorraad koekjes en eten was op. Apoera is een Indianendorpje waar Dion vroeger nog gewoond heeft. Hij vertelde ons dat dit dorpje vroeger een 2de Paramaribo was, maar door de binnenlandse oorlogen helemaal verwoest is geweest. Jammer, want het zag er een gezellig dorpje uit.
We reden langs de enige school in Apoera . Aan de overkant van de school woonden alle leerkrachten met hun gezin.
De weg naar Blanche-Marie was net een tocht door de jungle. We werden helemaal door elkaar geschud. Er waren veel putten in de weg, veel bochtjes, ... . De weg was ook niet altijd even goed berijdbaar. Zo geraakten we niet van de eerste keer een steile modderige berg op. Gelukkig lukte het na een 2de poging wel.
Helemaal door elkaar geschud zijn we aangekomen in Blanche-Marie. Het zag er vervallen uit. Dion vertelde dat de vorige eigenaar van deze plek een paradijs had gemaakt, maar na zijn overleden dit een beetje verlaten is. Na rijst met kip vertrokken we gepakt en gezakt te voet richting de Blanche-Marie vallen. Het was al donker toen we aankwamen, maar we hoorden al het water van de val al vallen.
We zijn nog even gaan genieten van het geluid van het water, om nadien in slaap te vallen naast de watervallen.
Hanne kroop nog niet onmiddellijk haar hangmat in. Zij ging nog op zoek naar een sidderaal. Ze zag een kleine en grote sidderaal.
Vrijdag 5 april
De volgende ochtend konden we eindelijk het prachtige schouwspel naast ons hangmat aanschouwen. Wat een mooie, grote waterval. We konden zelfs achter de waterval kruipen. Na een heerlijke watermassage vertrokken we weer naar beneden voor het ontbijt. Dion voelde zich niet zo goed en ging even rusten. Wij genoten nog even van de kleine waterval en gingen baden.
Hanne haar haren werden ingevlochten, terwijl wij kaaimannen gingen spotten.
Romano was de bootsman, hij vaarde met ons een heel eind de rivier op om kaaimannen te zien. Hij vaarde heel snel en nam korte, scherpe bochtjes. We zaten op de boot met wat schrik, maar zijn na een dik uurtje wel helemaal droog weer aan land gekomen.
Daar aangekomen troffen we Hanne vol vlechtjes en helemaal van haar melk aan.
Iedereen was weg om kaaimannen te spotten en Hanne bleef alleen over met 3 jongens en 4 meisjes. De 4 meisjes waren bezig met Hannes haar in te vlechten. Het duurde (aangezien Hanne lang haar heeft) vrij lang. Opeens ging één van de meisjes naar buiten en hoorde je geroep en gemep. Iedereen die luid aan het praten was, werd plots muisstil. Het vlechten was even gestopt. Het meisje kwam niet meer terug. De andere meisjes begonnen heel hard en strak Hannes vlechtjes af te werken. Ze kreeg er tranen van in haar ogen. Toen het gedaan was, gingen de meisjes zonder iets te zeggen de deur uit. Hanne sprak nog wat met de jongens en ging kort daarna ook slapen.
Toen wij aankwamen, kwam Hanne naar ons toe en vertelde haar verhaal. We waren allemaal wat aangedaan door het voorval.
We gingen gewoon verder en hingen ons hangmatten op in het huis van Romano (4 kamers zonder meubels). Hanne, Sabrina en Dion sliepen samen in één kamer en Laure en ik samen in één kamer. Terwijl we onze hangmatten aan het omhoog hangen waren, keek er een rare marronjongen bij ons binnen. Ik verschoot en bood mijn excuses aan, maar hij reageerde niet en bleef kijken. Hij staarde ons aan met een hele rare blik. hij heeft daar wel 10 minuten tot een kwartier gestaan. Een beetje angstaanjagend, een vreemde man die je 's nachts de hele tijd staat aan te staren. Hanne en Sabrina lagen al te slapen, terwijl Laure en ik in ons kamertje lagen met grote schrik. Uiteindelijk zijn we naar Dion gegaan en vertelden we dat we schrik hadden. Gelukkig had Romano nog geen slaapplaats en kwam hij bij ons liggen. Het was echt een vreemde nacht. Al het lawaai van buiten (honden die blaften, puppies die werden geboren, een geweerschot,....). Midden in de nacht stormde de neef van Romano onze kamer binnen. Hij was in het Surinaams aan het praten, dus wij verstonden er niks van. Misschien had het iets te maken met het meisje dat door haar mama was geslagen.
Het was een lange nacht, niet alleen voor mij. Maar ook voor Hanne.
Hanne werd misselijk wakker van de pijn aan haar hoofd. De vlechtjes spanden te hard. Ze is nog 3 uur bezig geweest met de vlechtjes eruit te halen terwijl er een vleermuis om haar heen fladderde.
Zaterdag 6 april
Ontwaken na een korte, slapeloze nacht, ontbijten, naar de puppies gaan kijken (4 levende, 1tje dood), inpakken en wegwezen. Hanne wou weg voordat de meisjes haar zouden zien zonder vlechtjes. Het duurde even voor we eindelijk vertrokken met de boot. Na een boottocht van 3 uur kwamen we aan op Fungy-eiland. Het eerste wat we zagen was het imposante gebouw. Een houten constructie met 3 verdiepingen waar hangmatten konden opgehangen worden. We keken rond naar alle faciliteiten, maar gingen er geen gebruik van maken. We gingen slapen in een oud afgedankt onderzoekscentrum onderaan de berg, midden in de jungle. Dit mochten we niet tegen anderen zeggen, omdat dat normaal niet de bedoeling is. Met andere tourgidsen vertrek je 's ochtends naar de berg, kom je 's middags in de blakende zon op de top van de voltzberg en ben je 's avonds rond 18u terug op Fungy-eiland. Wij dus 's middags gegeten en rond 3uur vertrokken richting onze slaapplaats. Het was een lange, indrukwekkende tocht van 3 uur (goed doorstappen).
Dion voorop, dan ik, Laure, Jolijn, Karst, Hanne en Sabrina. Dion stapte heel goed door waardoor de groep in 3 werd gesplitst. Hanne en Sabrina bleven bij Dino ( Dino was de man die al het eten droeg, 60 kg op zijn rug en blote voeten). Jolijn liep bij Raoul en Laure, Karst en ik liepen vooraan achter Dion. Hanne en Sabrina vonden dat Dino te traag ging en besloten door te wandelen waardoor ze een half uur alleen in de jungle liepen. Uiteindelijk hebben ze toch maar gewacht op Dino want ze kregen schrik dat ze misschien zouden verdwalen aangezien ze niemand hoorden of zagen.
We kwamen aan in een oud vervallen huis waar we de nacht zouden doorbrengen. We staken enkele kaarsen aan, aten enkele sandwichen en Hanne en Sabrina gingen baden. Laure en ik kropen na een lange wandeling vermoeid in onze hangmat om nog wat te babbelen, terwijl Sabrina gemasseerd werd en Hanne roosterde de kip boven houtvuur in een oventje van palmbladen (die we de volgende dag zouden opeten). Dit vond ze echt de MAX.
De kaarsen werden uitgeblazen en iedereen ging slapen, enkel de vleermuizen boven onze hoofden werden wakker en vierden feest. De confetti was de kaka die op ons muggennetje neer regende.
De kaarsen werden uitgeblazen en iedereen ging slapen, enkel de vleermuizen boven onze hoofden werden wakker en vierden feest. De confetti was de kaka die op ons muggennetje neer regende.
Zondag 7 april
Om 5u ging de wekker af. We sprongen uit onze hangmatten, aten snel een sandwich en maakten we ons klaar om de Voltzberg te beklimmen. We wouden er immers de zon zien opkomen. Jammer genoeg hebben we niet de hele zonsopgang gezien vanop de berg omdat de gids terugkrabbelde. Blijkbaar zijn marrons 's nachts bang in de jungle.
Gelukkig hadden we onze zieke Dion nog. Hij sprong uit zijn hangmat en ging met ons op pad. Na 10 minuten stappen door de jungle kwamen we aan de voet van de berg. 20 minuten laten vol zuchten en puffen bereikten we de top van de berg en konden we genieten van een mooie zonsopgang.
Dan terug helemaal naar het huisje, alles inpakken en dan terug op weg naar Fungy-eiland. Daar gaan gekomen merkten we dat we daar niet alleen waren. Er waren nog vele studenten. Dit vonden we niet zo leuk, aangezien dat voor veel drukte zorgde. We merkten duidelijk verschil tussen Dion als gids en de andere gidsen. Wij zaten echt tussen de lokale bevolking, dat merkten we bij de anderen niet.
Eenmaal in Fungy hebben we even gerelaxt, gegeten en genoten van het gezelschap van de lokale bevolking.
Na het avondmaal (kerrie ei, met rijst) was er een optreden van het lokale bandje 'rally boys'. Een unieke ervaring, want eigenlijk konden ze niet zo mooi zingen en al helemaal niet bewegen en muziek maken in het ritme :) Misschien kwam dat gewoon daar alle wiet :-)
Ik had wat hoofdpijn en voelde me niet 100% oké. Ik kroop dat maar in mijn hangmat en viel in slaap met het geluid van de spelende band.
Sabrina en Hanne gingen nog kaaimannen spotten (eigenlijk vissennetten checken), waarna iedereen in zijn hangmat kroop.
De laatste avond was officieel voorbij.
Maandag 8 april
Lekker lang uitgeslapen, onze laatste nacht in onze hangmat was zeer goed meegevallen. Dit gaan we nog missen!
Terwijl ik nog lag te slapen, ging Hanne baden (voor de laatste keer).
We aten vis met rijst als ontbijt en pakten nadien ons zak.
We vertrokken met de boot richting Witagron en namen nog eens alles (voor de laatste keer) in ons op.
We gingen de stilte en de natuur rondom ons heel hard missen, dat wisten we toen al.
In Witagron laadden we de auto in, namen nog een laatste groepsfoto en vertrokken richting Zanderij.
Aangekomen aan Zanderij kregen we van Dion nog een laatste maaltijd. Geen rijst, maar heerlijke Bami!
Als afsluiter mochten we nog eventjes kennismaken met Dion's familie. Maar onderweg werden we geflitst en tegen gehouden door de politie. Dion reed een beetje te snel en dus kreeg hij een boete van 150 SRD. Hij mag van geluk spreken dat hij geen boete heeft gekregen voor het niet dragen van zijn gordel, dankzij een waardeloos smoesje kwam hij er onderuit.
Bij Dion thuis zagen we wat andere dieren dan afgelopen dagen; een koe, kippen, geiten, honden, papegaaien,... .
Met een stuk Côte d'or chocolade werden we in een taxi gepropt en thuis afgezet.
Dit was het einde van ons groots avontuur!
Even een oplijsting van de dieren die we zagen:
1. Rivierotter
2. zijdeaapjes
3. helmspecht
4. bosschildpad
5. rog
6. geelkopgier
7. white eagle
8. zwartkopgier
9. koningsgier
10. grote annie
11. kaaiman
12. haas
13. kingfisher
14. kardinaal
15. heron
16. pakoe (vegetarische vis)
17. trogon
18. morfoe (vlinder)
19. toekan
20. brulaap
21. ara
22. nachtzwaluw
23. bicolor (groene boomkikker)
24. hyla (kleine gifkikker)
25. 2 soorten vleermuizen
26. taeu (soort varaan)
27. trifitatus (gifkikker)
28. sidderaal
29. piranha
30. bufo (speciale pad)
31. kite (roofvogel)
32. wesp (die heeft Sara gestoken!)
33. gekko
34. hagedis
35. doodskopaap
36. hybride (slang)
37. capucijnenaap
38. visarend
39. blauwe reiger
40. moksihond
41. kolibri
42. ijsvogel
43. groene hybride slang
44. tarantula
45. roodborstje
46. rotshaan
47. powpow vis
Een oplijsting van wat we leerden:
Je kan gebruik maken van het sap van een jodiumboom om een wonde te stelpen.
Er is een plant die je kan gebruiken tegen de griep. Je moet je hierin dan baden.
De telefoonboom kan je gebruiken om te communiceren doorheen de jungle als je verdwaald bent.
Je kan de kaken van draagmieren gebruiken om een wonde te hechten.
De stinkende olie van de krapavrucht kan je gebruiken om wonde te laten genezen en insecten op afstand te houden.
Surinaamse mannen flirten er op los.
De groepen 2 famous en Kayente schrijven toffe muziek.
Je kan met weinig ook gelukkig zijn! (we misten onze computer en gsm niet.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten